taalcolumn nr. 1
de contaminatie
Met een mug op een olifant schieten is een duidelijke vermenging van met een kanon op een mug schieten en van een mug een olifant maken. Toch hoor je dat soort fouten.
Besef je je dat zij zich daaraan irriteren? Wat is hier fout?
Je hoort tegenwoordig opvallend vaak het gebruik van zich beseffen, bijvoorbeeld in Hij heeft zich dat niet beseft. Dat is fout, want beseffen is geen wederkerend werkwoord: zich hoort er niet bij. Dat wederkerend voornaamwoord zich hoort bij een uitdrukking met dezelfde betekenis: zich realiseren. Hij heeft zich dat niet gerealiseerd of Hij heeft dat niet beseft is dus wel goed.
Een andere vrij veel veel gehoorde fout: Ik irriteerde mij aan zijn fouten. Moet zijn: Ik ergerde mij aan zijn fouten (zich ergeren) of Zijn fouten irriteerden mij (met mij als persoonlijk voornaamwoord).
Het vermengen van twee woorden of uitdrukkingen noemen we een contaminatie.
Voorbeelden waarbij twee woorden vermengd zijn:
verexcuseren van: verontschuldigen en excuseren,
voorbijpasseren van voorbijgaan en passeren
overnieuw van over en opnieuw
Sommige contaminaties worden na verloop van tijd geaccepteerd:
in de Woordenlijst vinden we bijvoorbeeld het woord nachecken, dat eigenlijk een contaminatie is van checken en nagaan. Zo lijkt ook vakjargon geaccepteerd, eigenlijk een contaminatie van vaktaal en jargon. En is opsplitsen niet eigenlijk een contaminatie van opdelen en splitsen?
Andere voorbeelden waarbij twee uitdrukkingen vermengd zijn:
dat kost duur van dat kost veel en dat is duur,
volgens mijn mening van: volgens mij en naar mijn mening,
behoort tot één van de besten van: behoort tot de besten en is één van de besten,
Na het pleonasme (het dubbel uitdrukken) is de contaminatie de meest voorkomende stijlfout.
Een fout die veel op de contaminatie lijkt:
het malapropisme:
woorden en uitdrukkingen ‘verhaspelen’: onjuist gebruiken door verwarring met een woord dat er qua klank op lijkt:
een advocaat in de armen nemen (in de arm nemen)
Zo kom je in een visuele cirkel (vicieuze).
De fout is vernoemd naar het personage Mrs. Malaprop in een 18e-eeuws Engels toneelstuk. Zij probeerde deftig te spreken, maar verhaspelde vaak uitdrukkingen, met een komisch effect.
Contaminatie en malapropisme lopen soms door elkaar:
mond-op-mondreclame van mond-op-mondbeademing en mond-tot-mondreclame
Wil je een onderwerp voorstellen voor bespreking of heb je belangstelling voor e-learning? Stuur dan even een berichtje: [e-mailadres]
© 2021 Ronald Zwiers
taalcolumn nr. 2
het verkeerde betrekkelijk voornaamwoord
het epidemisch karakter van die als enig betrekkelijk voornaamwoord …
Tijdens mijn lessen Nederlands aan anderstaligen heb ik best veel aandacht moeten besteden aan de keuze van het juiste betrekkelijk voornaamwoord: de man die, het kind dat. Als geheugensteuntje gebruiken we de overeenkomstige eindletter van het lidwoord en het bijbehorend betrekkelijk voornaamwoord: de man die, het kind dat.
Een overduidelijke complicatie hierbij is, dat anderstaligen vooral in het begin, van veel woorden nog niet weten of het ‘de-woorden’ of ‘het-woorden’ zijn.
Bij wie Nederlands als moedertaal heeft, is de combinatie ‘de’ of ‘het’ en het zelfstandig naamwoord ‘ingeslepen’ en ook de combinatie zelfstandig naamwoord en betrekkelijk voornaamwoord. Toch hoor ik bij autochtone Nederlanders steeds vaker fouten in het gebruik van het betrekkelijk voornaamwoord, bijvoorbeeld: een meisje die, een probleem die.
Opvallend vaak komt dat voor bij aanduidingen van personen: het meisje en het kind zijn personen en krijgen ten onrechte die als betrekkelijk voornaamwoord. Johan Cruijff maakte er bij alle persoonsverwijzingen wie van: de speler wie, de scheids wie.
De fout komt ook bij andere woorden steeds meer voor. Als oorzaak zou je kunnen denken aan beïnvloeding door fouten in het Nederlands van sprekers met een andere moedertaal. Je kunt ook denken aan een zekere ‘taalarmoede’, maar wellicht zijn slordigheid en onverschilligheid ten aanzien van taalgebruik de voornaamste oorzaken. Niet alleen een goed voorbeeld doet volgen, een slecht voorbeeld waarschijnlijk nog eerder.
‘naamwoordstijl’
Als je in zinnen veelvuldig zelfstandige naamwoorden gebruikt in plaats van werkwoorden, komt er minder ‘actie’ in de tekst. Het gaat dan om zelfstandige naamwoorden die afgeleid zijn van werkwoorden.
Bij overname van tekst is de vermelding van de bronnen verplicht.
De zelfstandige naamwoorden overname en vermelding zijn afgeleid van de werkwoorden overnemen en vermelden. Als je die werkwoorden gebruikt, krijg je:
Als je tekst overneemt, is het verplicht om de bronnen te vermelden.
of, nog minder statisch:
Als je tekst overneemt, moet je de bronnen vermelden.
Wil je een onderwerp voorstellen voor bespreking of heb je belangstelling voor e-learning? Stuur dan even een berichtje: [e-mailadres]
© 2021 Ronald Zwiers
Ik kan columns voor twee jaar (2 x 10 columns) kosteloos en vrijblijvend aanbieden.
Belangstellenden voor de e-learning zal ik een korte beschrijving van het aanbod geven en verwijzen naar hun directie (tenzij anders is afgesproken).
Bij de e–learning geldt voor gebruik een vast, overeen te komen bedrag inclusief gebruik van de helpdesk. Dat bedrag is afhankelijk van de doelgroep, de situatie en het te verwachten beroep op ondersteuning.